Voedsel en drinken

Paarden hebben een uniek spijsverteringsstelsel en hebben daarom continu toegang tot een gestage stroom voedsel nodig. Een paard dat regelmatig langer dan zes uur zonder voedsel verblijft heeft kans op maagproblemen en koliek aanvallen.

Een paard is van nature een grazer en daar is zijn lichaam ook op gebouwd. Daarom is het wenselijk dat een paard van de grond of laag bij de grond eet. Wanneer de ruif of voerbak hoog wordt opgehangen bestaat er kans op gewrichtsproblemen.

In de natuur eet een paard een grote variatie aan verschillende planten, waarmee het de nodige voedingstoffen binnenkrijgt. De meeste gedomesticeerde paarden hebben geen toegang tot heel gevarieerd eten. Op het moment dat een paard een tekort heeft aan bepaalde vitamine of mineralen zal het ontlasting gaan eten. Aanvulling van vitaminen en mineralen zal in dit geval noodzakelijk zijn. Hiervoor zijn likblokken op de markt waarmee het paard zelf naar behoefte de voedingstoffen kan aanvullen.

Door aan voedsel te ruiken keurt het paard het voedsel. Als het paard gedroogd ruwvoer krijgt is de geur verdwenen. Daarom moet er goed op gelet worden welke planten in het ruwvoer verwerkt zijn, aangezien een aantal planten giftig is voor paarden. Naast een grote hoeveelheid voedsel is er ook veel water nodig. Een paard drinkt gemiddeld 70 liter per dag.